Omgevingsvisie | Veldmaat
De interactieve content hieronder is mogelijk niet toegankelijk.
De Veldmaat is van oorsprong een eigen kerkdorp, dat vanaf 1934 ontstaan is rond de toen gebouwde Bonifatiuskerk. Het dorp is de afgelopen decennia vastgegroeid aan de kern Haaksbergen, maar heeft eigen winkels, scholen en een eigen verenigingsleven. Veel Veldmaters voelen zich dan ook echt Veldmaters, en geen Haaksbergenaren. De ontmoetingsplek is De Greune, waar ook de lokale voetbalclub zit. Veldmaat kent een groot buitengebied, wat grenst aan het Buurserzand. Het Veldmater buitengebied met zijn vele bomenrijen en houtwallen vormt de overgang van het natuurgebied Buurserzand naar het meer intensief agrarisch gebruikte buitengebied van Sint Isidorushoeve. Hier rijdt ook de stoomtrein van het Museum Buurtspoorweg.
Deze eigenschappen vormen het uitgangspunt voor de toekomstige ontwikkelingen in de Veldmaat. Over 20 jaar vormt de Veldmaat nog steeds zijn eigen dorpje binnen Haaksbergen, met eigen voorzieningen en een sterk gemeenschapsgevoel. Groene verbindingen zorgen voor fijne wandel- en fietsroutes naar het centrum van Haaksbergen en naar het buitengebied. Het buitengebied van Veldmaat is aantrekkelijk om te wandelen en fietsen, als schakel tussen Haaksbergen, het Buurserzand en de Rutbeek. Hier is recreatie dan ook een steeds belangrijker economische pijler geworden, naast de landbouw die verduurzaamd is met het oog op de nabijgelegen natuurgebieden.
De uitgangspunten voor de omgevingsvisie 2040 zijn:
Samen sociaal
Iedereen kan zo lang mogelijk meedoen
De omgeving is zo ingericht dat iedereen deel kan nemen aan de maatschappij. De gemeente Haaksbergen stelt mensen in staat om elkaar te ontmoeten. Hierbij spelen verschillen in achtergrond, leeftijd, fysieke gezondheid of inkomen geen rol. Het verenigingsleven, evenementen en vrijwilligerswerk spelen een belangrijke rol in het verbinden van onze jongeren en ouderen. Als gemeente faciliteren we kansrijke initiatieven. Ook verbetert de toegankelijkheid van voorzieningen en de openbare ruimte, zodat ook mensen met een beperking hier gebruik van kunnen maken. Inwoners van de Veldmaat geven aan veel waarde te hechten aan het behoud van voorzieningen waar spontane ontmoetingen plaatsvinden.
Met meer samenwerking tussen de gemeente en zorgorganisaties wordt het ook makkelijker voor inwoners om zo lang mogelijk mee te doen en in hun eigen woning te blijven wonen. Het moet makkelijker worden voor zorgbehoevenden om de juiste zorg te vinden: we stemmen woningen, zorg en welzijn beter op elkaar af. Ook zetten we in op meer volledig aangepaste woningen, woningen voor speciale doelgroepen (zoals beschermd wonen) en de betaalbaarheid van deze specifieke woonvormen.
Passende voorzieningen
Bij een fijne woonomgeving horen passende voorzieningen. Naast het centrum van Haaksbergen, vormt ook het winkelcentrum de Veldmaat een belangrijke ontmoetingsplek voor inwoners uit de Veldmaat. Het is vanwege de goede bereikbaarheid ook populair bij andere Haaksbergenaren. De gemeente zet zich daarom actief in om het voortbestaan van het winkelcentrum te ondersteunen. We proberen zoveel mogelijk voorzieningen te behouden, maar dat kunnen we niet garanderen. Bepaalde voorzieningen zoals winkels zijn privaat. Voor het in stand houden van de voorzieningen is het belangrijk dat er genoeg doorloop is. De geplande woningbouwontwikkelingen zullen hieraan bijdragen. Door een kwalitatieve upgrade willen we het aantrekkelijker maken voor ondernemers om zich hier te vestigen; voorzieningen die bij elkaar zitten verstreken elkaar.
Voor het verenigingsleven in de Veldmaat zijn de (sport)voorzieningen bij ontmoetingspark De Greune van groot belang. Daarnaast onderzoeken we de mogelijkheden om meerdere verenigingen te huisvesten onder één dak. Dit draagt bij aan de duurzaamheid van onze gebouwen, is kostenefficiënt voor verenigingen en vermindert het aantal gebouwen dat op standaardtijden leeg staan.
Ook Scholtenhagen in Langelo-Honesch speelt een belangrijke rol door het brede aanbod aan voorzieningen. Er zijn hier veel opties die beweging en ontmoeting stimuleren, zoals de (sport)verenigingen, de kinderboerderij en de horeca. Scholtenhagen is een plek waar heel Haaksbergen gebruikt van maakt. We willen Scholtenhangen verder verbreden, met genoeg opties voor recreatie, naast de sportvoorzieningen.
Tenslotte streven we naar een goed niveau van basisonderwijs op een daarvoor geschikte locatie. Het is hierbij van belang dat elke dorpsschool zijn eigen karakter behoud en er verschillende onderwijsvormen worden aangeboden.
Cultuurhistorie
Nieuwe ontwikkelingen houden rekening met de identiteit van de Veldmaat. Er zijn veel plaatsen met een rijke cultuurhistorie en erfgoed, zoals de landgoederen en boerderijen. Een herkenbaar historisch en recreatief element is de spoorlijn van het Museum Buurspoorweg, die de Haaksbergse dorpskern via de Veldmaat verbindt met het buitengebied. Het erfgoed wordt gewaardeerd en kent een plek in de samenleving. Nieuwe ontwikkelingen staan in dienst van het behoud en versterking ervan, bijvoorbeeld door te kijken of recreatieve routes gekoppeld kunnen worden aan het tracé van de spoorlijn.
Gezondheid en openbare ruimte
Uit onderzoek blijkt dat Haaksbergenaren hun gezondheid als zeer goed ervaren en dit willen we behouden. We zetten in op een gezonde leefomgeving. We bevorderen de positieve gezondheid door het mogelijk maken van een gezonde levensstijl, met voldoende (openbare) sport- en culturele voorzieningen. Sport, kunst, spel en groen in de openbare ruimte biedt kansen om zowel te bewegen als te ontmoeten. De (sociale) veiligheid wordt beter door zichtbare en toegankelijke openbare ruimtes, zoals pleinen, wegen, fiets- en wandelpaden, en groen. De fietsroutes en oversteekplaatsen zijn veilig. Dit draagt bij aan de gezondheid en versterkt het noaberschap binnen dorpen. De wijk Veldmaat is verbonden met de natuurgebieden rond Buurse via verschillende wandelroutes door de natuur en de landbouwgronden. Het verbeteren van de zichtbaarheid en het onderhoud van deze wandel- en fietsroutes draagt bij aan een recreatief netwerk door en langs de buurtschappen en buitengebieden.
We beschermen onze gezondheid ook tegen de effecten van het veranderend klimaat. Dit doen we met maatregelen voor klimaatadaptatie. In 2050 zijn we volledig klimaatbestendig en waterrobuust. Hiervoor moet de waterveiligheid, de zoetwatervoorziening en de ruimtelijke inrichting op orde zijn. Binnen de Veldmaat kijken we kritisch naar de hoeveelheid verharding. Door het toevoegen van bijvoorbeeld bomen, plantenbakken en groene parkeerplaatsen maken we de omgeving groener. We moedigen inwoners en bedrijven aan om met ons mee te doen. Je kan hierbij denken aan tegelwippen of het vergroenen van je dak. Meer groen in de kern werkt verkoelend en daarmee verminderen we de risico’s op hittestress. Ook zorgen we hiermee dat het groen vanuit het buitengebied doordringt tot in het dorp. Daarmee maken we groene wandel- en fietsroutes van dorp naar buitengebied mogelijk, en biedt de bebouwde omgeving meer ruimte voor biodiversiteit. Klimaatadaptieve maatregelen zijn daarom een randvoorwaarde voor alle nieuwe ontwikkelingen. Voor groen in de kernen hanteren we de 3-30-300 vuistregel. Dit houdt in dat er vanuit elk huis 3 bomen zichtbaar zijn, dat 30% van een wijk in de schaduw van een boom valt en dat iedereen binnen 300m van een park of groene ruimte woont. Hiermee zorgen we ervoor dat we het groene, gezonde gevoel van het buitengebied ook in onze woonwijken ervaren.
Daarnaast voldoen we minimaal aan de wettelijke eisen voor geur, lucht- en geluidskwaliteit en waar mogelijk verbeteren we dit. Dat doen we in samenspraak met onze inwoners en (agrarische) bedrijven. Hiervoor stimuleren wij buurtbemiddeling voor het vinden van lokale oplossingen om overlast door stank, geluid en luchtverontreiniging te verminderen.
Krachtige kernen
Genoeg woningen en de juiste woningen
Haaksbergen is een plattelandsgemeente. We bouwen vooral voor onze lokale behoefte, maar er is ook ruimte om te bouwen voor woningzoekenden uit de regio. Dit helpt bij het in stand houden van voorzieningen en is goed voor een evenwichtige leeftijdsopbouw. Het toevoegen van woningen is nodig om onze kernen leefbaar en vitaal te houden. Ook is er behoefte aan meer woningen voor statushouders, woon-zorg woningen en tijdelijke huisvestiging voor vluchtelingen.
Gemeentebreed willen we tot 2034 900 woningen toevoegen. We houden hierbij rekening met een verdeling van 30% sociale huur, 40% betaalbare huur-/ koopwoningen en 30% in het dure segment. Bij het toevoegen van nieuwe woningen hebben we een voorkeursvolgorde voor (1) transformeren van leegstaande gebouwen naar woningen, (2) toevoegen van woningen binnen de huidige bebouwde kom en (3) uitbreiden aan de randen. We hebben alle drie de opties nodig om genoeg woningen te bouwen voor iedereen die in Haaksbergen wilt wonen. We beoordelen per locatie de impact op de ruimtelijke kwaliteit, de haalbaarheid en hoe praktisch/ functioneel de locatie is. We houden er bijvoorbeeld rekening mee dat er voldoende (open) ruimte is voor ontspanning, groen, biodiversiteit en cultuurhistorie. Het is belangrijk is dat ook de kleinere kernen zoals de Veldmaat voorzien in een extra woonopgave. We kijken in de Veldmaat vooral naar kleinschalige woningbouw. Nabij de Veldmaat ligt de kernrandzone voor de bouw van rood-voor-rood woningen. In het buitengebied krijgt landbouw minder prioriteit, waardoor er meer ruimte gemaakt kan worden voor woningen. Grootschalige uitbreiding is op dit moment niet aantrekkelijk, omdat we het kenmerkende landschap, de doorkijkjes en de lintbebouwing willen beschermen. Wel benutten we kansen om woningen voor met name senioren dicht bij voorzieningen toe te voegen. Deze kansen spelen vooral rondom het winkelcentrum van de Veldmaat.
Bij alle woningbouwprojecten houden we extra rekening met de behoeften van jongeren en ouderen, bijvoorbeeld door meer kleinschalige en betaalbare woningen te ontwikkelen, door het makkelijker te maken om een woning te splitsen of door het begrenzen van het aantal mogelijkheden om een starterswoning te opwaarderen (doorstroming bevorderen, in plaats van een starterswoning te verbouwen tot middenklas). We sturen op gemengde wijken, met woningen in verschillende segmenten en met verschillende bewoners.
Woningen verduurzamen
Daarnaast moeten we onze woningvoorraad verduurzamen. Bij alle woningen (zowel huidig als nieuw) letten we op een betere isolatie en ventilatie (zonder dat de karakteristieken van de woning verloren gaan). Voor alle nieuwbouw geldt dat er (afhankelijk van het type gebouw) voor 20% of 25% gebouwd moeten worden met natuurlijke materialen, dit noemen we biobased bouwen. Ook moet er zoveel mogelijk energieneutraal worden ontwikkeld. We stimuleren ontwikkelaars tot het bouwen van nul-op-de-meter woningen die nog een stapje verder gaan voor een lagere energierekening.
Werken en leren
Haaksbergen is geen “slaapgemeente”, we hebben relatief veel arbeidsplaatsen binnen de gemeentegrenzen. We werken aan een gevarieerde economie met diverse sectoren, zodat er voor veel inwoners passend werk is. Zo behouden we werkgelegenheid, ook als het met een bepaald deel van de economie wat minder gaat. We helpen bedrijven om toekomstbestendig te worden door inzicht te organiseren in de mogelijke maatregelen die bedrijven kunnen inzetten om zelf te verduurzamen. We tolereren enige mate van lucht- geluid en geuroverlast om de bedrijvigheid te stimuleren. Hoe dichter een bedrijf bij een woonwijk staat, hoe schoner deze moet zijn.
Twente staat bekend om innovatie en technische ontwikkelingen. Ook op de Haaksbergse bedrijventerreinen, zoals Stepelerveld of de Greune, ligt hier veel nadruk op en dit benutten we. De onderwijsinstellingen in de regio (zoals Universiteit Twente (wo), Saxion (hbo) en ROC van Twente (mbo)) trekken jongvolwassenen aan en stimuleren ontwikkelingen. We maken kenbaar wat er in Haaksbergen te doen is. Samenwerkingen met praktijk en theorie tussen industrie, bedrijven en onderwijs bieden nieuwe kansen en ideeën die benut kunnen worden voor bijvoorbeeld voor de zorg, energie of landbouw. De samenwerkingen zijn ook aantrekkelijk voor het aantrekken van jong talent.
Circulair
We werken toe naar een circulaire economie in 2050. We creëren een gesloten cirkel waarbij geen afval vrijkomt en we grondstoffen telkens opnieuw herbruiken. Om dit te bereiken verminderen we het gebruik van grondstoffen en we (her)gebruiken de beschikbare grondstoffen zo efficiënt mogelijk. Als we meer producten hergebruiken, verminderen we onze milieu-impact en de schaarste van sommige producten. Soms kan je een product één-op-één hergebruiken, maak vaker vraagt het om een bewerking, bijvoorbeeld door recycling of reparatie. Deze bewerkingen vragen om werkruimtes en creatieve ideeën. Omdat circulair denken nog vrij nieuw is, moeten we onze mogelijkheden voor circulaire economie nog onderzoeken. Doordat we straks anders met onze spullen omgaan, verandert onze omgeving ook. Het is denkbaar dat er ruimte nodig is voor een recycling-hub, dat er meer opslag- en distributieplaatsen nodig zijn, dat er minder ruimtes nodig zijn om nieuwe producten te produceren, of dat we meer spullen met elkaar delen (bijvoorbeeld auto’s of energie).
Onze bedrijven spelen een belangrijke rol bij het ontwikkelen van onze circulaire economie. We stimuleren hen om ook zoveel mogelijk circulaire keuzes te maken bij onderhoud, reconstructies en realisatie door ons inkoopbeleid. We kunnen de circulaire economie verder versnellen door een betere samenwerking met andere Twentse gemeenten. Het is voor een circulaire economie namelijk belangrijk dat bedrijven elkaars (rest)producten kunnen gebruiken en dat we leren van elkaars projecten. Als tussendoel willen we in 2030 65% meer afvalscheiding en 50% minder gebruik van niet-hernieuwbare stoffen. Twente heeft een grote bouwsector en die speelt een belangrijke rol in de omschakeling naar circulair bouwen. Als beheerder van de openbare ruimte en een aantal publieke gebouwen gaan we als gemeente zelf aan de slag om circulariteit toe te passen in realisatie en onderhoudsprojecten en in ons afvalbrengpunt. We bieden aannemers de kans om nieuwe duurzame technieken toe te passen in de praktijk.
Bewegen en verplaatsen
Het wordt makkelijker, prettiger en veiliger om te wandelen en te fietsen. Hiermee zorgen we voor een leefbare en gezonde leefomgeving. Voor mobiliteit is het STOMP-principe leidend: dit is een voorkeursvolgorde die staat voor Stappen, Trappen, OV, Mobility-as-a-service (bijv. een deelauto) en als laatste voorkeur een Personenauto. Hiermee verminderen we de uitstoot van broeikassen door mobiliteit. We behouden het bestaande wandel- en fietsnetwerk en breiden deze uit. We zetten in op gedragsverandering en gezondheid door voorzieningen toe te voegen zoals voldoende fietsparkeerplaatsen, oplaadpunten voor e-bikes, zitgelegenheden, bewegwijzering en brede stoepen. We houden hierbij rekening met de toegankelijkheid voor ouderen en mindervaliden. Ook krijgt de wandelaar en de fietser vaker voorrang op het autoverkeer. De auto blijft nodig voor de verbinding tussen kernen, maar de focus ligt op de duurzamere alternatieven. Om de overstap van en naar de bus en andere duurzame vervoerwijzen te promoten, onderzoeken we op drie locaties of er mobiliteitshubs kunnen realiseren. Hier komen verschillende vormen van vervoer samen waardoor het makkelijker wordt om de overstap te maken naar een (duurzaam) vervoersmiddel. Op basis van het bestaande busgebruik, zouden er ook plushaltes gerealiseerd kunnen worden op plekken waar nu al regelmatig veel fietsen staan. Voorbeelden daarvan zijn de twee bushaltes op de Hengelosestraat. Het openbaar vervoer is een verantwoordelijkheid van de Provincie Overijssel, zij maken concrete afspraken met vervoersmaatschappijen voor de bus en trein. Buiten de mobiliteitshub om is het niet realistisch dat het bus-netwerk in de gemeente uitgebreid wordt. In plaats daarvan werken we aan het behouden van het huidige aanbod en zorgen we ervoor dat alle haltes goed en veilig te bereiken zijn voor wandelaars en fietsers.
Op plekken waar de vraag naar openbaar vervoer laag is, willen we onderzoeken welk andere manieren er zijn om bereikbaarheid te garanderen. Zou houden we bij het bouwen van nieuwe woningen en bedrijven gelijk rekening met de bereikbaarheid en doorstroming. En hoewel parkeren van belang blijft, krijgt het bij nieuwe projecten minder prioriteit. Het wordt normaler dat de parkeervoorziening aan het uiteinden van een straat of wijk zit, zodat er voor het huis meer ruimte is voor groen, spel en ontmoeting.
Toekomstbestendig buitengebied
Water en bodem sturend
Het water- en bodem systeem zijn sturend als we de functie van een gebied willen veranderen of als we een gebied anders willen inrichten. Het buitengebied van de Veldmaat wordt een gebied waar natuur en landbouw goed samengaan. Rond het Natura2000-gebied Buurserzand ligt een bufferzone waar agrarisch gebied overgaat in natuurgebied. Deze overgang bepaalt het ruimtegebruik en het landschappelijk beeld in het oostelijke deel van het buitengebied van de Veldmaat. Met zulke bufferzones worden de Natura2000-gebieden en beekdalen beschermd, en is er gelijktijdig een ontwikkelingskans voor toekomstbestendige landbouw.
In het noordwesten van de Veldmaat, grenzend aan het deelgebied Sint-Isidorushoeve, verschuift de focus langzaam van bufferzones richting het voorrang geven aan agrarisch gebruik. In een deel van Sint-Isidorushoeve wordt ingezet op het versterken van de landbouw en het inperken van functies die landbouw kunnen belemmeren (zoals wonen).
De Hagmolenbeek krijgt meer ruimte. Hierdoor kan in natte tijden water goed afgevoerd worden, en ook biedt dit kansen voor natuur (groenblauwe dooradering). In het beekdal hieromheen kunnen ontwikkelingen als woningbouw niet meer plaatsvinden. Ook landgebruik voor intensieve landbouw nabij de beek wordt zoveel mogelijk beperkt om de waterkwaliteit te verbeteren. Om grondwater beter vast te houden wordt ingezet op het verbeteren van de sponswerking van de bodem. Dit helpt ook om de impact van droogte zo klein mogelijk te maken. De bodem wordt sturend voor de keuze voor typen landgebruik en typen landbouw. De natuurlijke samenstelling van de bodem bepaalt mee over hoe intensief een grond gebruikt kan worden. We zorgen voor een balans tussen benutten en beschermen van bodem en ondergrond, waarbij verstoring van de bodem zo veel mogelijk voorkomen wordt.
Klimaatadaptieve maatregelen, zoals het beter vasthouden van water, zijn een randvoorwaarde voor ontwikkelingen binnen de dorpen en in het landelijk gebied. Hierbij is ‘groenblauwe dooradering’ van groot belang. Groenblauwe dooradering houdt in dat het landelijk gebied wordt doorkruist (‘dooraderd’) door groene (hagen, bomenrijen) en blauwe (sloten, beken) landschapsonderdelen. Deze plekken zorgen voor schuilplaatsen en helpen bij het verplaatsen van planten en dieren. Ook helpt het om te werken aan onze Basiskwaliteit Natuur en daarmee aan onze biodiversiteit. We willen dat in 2035 10% van de oppervlakte in het buitengebied onderdeel is van groenblauwe dooradering. In de Veldmaat zetten wij daarvoor in op het ontwikkelen van houtwallen en bomenrijen die passen in het huidige landschap. Ook willen we deze groenblauwe dooradering, waar mogelijk, doortrekken naar onze bebouwde gebieden. Zo verbinden we onze kernen sterker met het groene, landelijke gebied. Meer groen in de kern van Veldmaat draagt bij aan biodiversiteit, klimaatadaptatie en helpt tegen hittestress.
Landschap
Het buitengebied van de Veldmaat vormt een overgangszone tussen het Natura-2000 natuurgebied Buurserzand en de intensievere landbouw in Sint-Isidorushoeve. De Veldmaat kent een paar NNN-natuurgebieden (Natuur Netwerk Nederland), die een minder strenge bescherming kennen dan Natura2000-gebieden. Deze liggen aan de grens met het Buurserzand en aan de gemeentegrens met Enschede en Hengelo.
Met zijn vele houtwallen en boomsingels kent het gebied al veel elementen van de groenblauwe dooradering. We zetten in op het beschermen van deze natuur- en landschappelijke waarden.
Werken in het landelijk gebied
Het agrarisch gebruik is belangrijk voor de inrichting en het behoud van het Haaksbergse landschap, met zijn weilanden en houtwallen. Hoewel een transformatie van landbouw noodzakelijk is, zetten we erop in om de landbouw in Haaksbergen zo veel mogelijk te behouden en een gezonde bedrijfsvoering mogelijk te maken.
Agrarisch gebruik in het oostelijk deel van de Veldmaat, nabij het Buurserzand, wordt zoveel mogelijk getransformeerd naar vormen van duurzame landbouw die bijdragen aan de biodiversiteit. Je kan hierbij denken aan natuurinclusieve landbouw of kringlooplandbouw. Ook het beheer door boeren van groenblauwe landschapselementen, zoals houtwallen en hagen die van oorsprong in dit gebied voorkomen, hoort hierbij. Hierbij gelden, net als in het landschap, de principes van water en bodem sturend: de landbouw gebruikt water en bodem als hulpbronnen, maar in de mate waarin deze natuurlijk aanwezig zijn zonder deze uit te putten. Bij de transformatie van de huidige landbouw naar duurzame landbouw is ons uitgangspunt dat de agrarische ondernemers een toekomstperspectief blijven houden waarin ze hun inkomen blijven verdienen door bedrijvigheid op hun perceel. De agrarische gronden houden we zoveel mogelijk beschikbaar landbouw en wij faciliteren agrariërs bij de transitie naar duurzame landbouw of het stopzetten van het bedrijf door o.a. het voorzien van voldoende passende informatie. We kiezen niet voor intensivering van landbouw.
Er zijn ook agrariërs die willen stoppen of verbreden. Zij krijgen de ruimte om (onder bepaalde voorwaarden) hun verdienmodel te veranderen. Je kan hierbij denken aan een boerderijwinkel, recreatievoorzieningen, een zorgboerderij of kleinschalige energieopwekking. Het is hierbij belangrijk dat er per situatie beoordeeld wordt of de verandering passend is voor het buitengebied van de Veldmaat en wat de (milieu)-impact is op de omliggende erven.
Het gebied wat grenst aan het Buurserzand leent zich er goed voor om dit groen te combineren met vormen van (route-gebonden) recreatie die de natuur weinig aantasten. Er is hier ruimte voor bijvoorbeeld wandelen en fietsen. Hier liggen ook mogelijkheden voor agrariërs die hun bedrijf willen uitbreiden met recreatieve activiteiten. In het oostelijk deel van de Veldmaat wordt ingezet op de ondersteuning en versterking van bestaande recreatieondernemers. Hierbij wordt gekeken dat het recreatieaanbod goed aansluit bij de vraag en doelgroep, zonder dat de waarde van het landschap achteruitgaat. Er zijn mogelijkheden om recreatie uit te breiden rondom het spoorlijntje Haaksbergen – Boekelo. Dit is één van de weinige lokaalspoorwegen die behouden is gebleven en verbindt de kern van Haaksbergen, via de Veldmaat, met het buitengebied. Bij het ontwikkelen van nieuwe vormen van recreatie besteden we extra aandacht aan het aantrekken aan jongere doelgroepen en avontuurzoekers. We richten ons naast onze huidige bezoekers (grotendeels gepensioneerden) dus meer op jonge stellen en gezinnen. Zij komen om iets nieuws te ervaren in de omgeving en om vrij te zijn. Bezoekers dragen bovendien bij aan de leefbaarheid en het in stand houden van voorzieningen in de Veldmaat.
Energie en warmte
We willen in 2050 energieneutraal en aardgasvrij zijn. Als tussendoel willen we in 2030 30% van onze energie duurzaam opwekken en 12% energie besparen. Energieneutraal worden we vooral door zonnepanelen op daken, zonnevelden in het landelijk gebied en windenergie.
De energietransitie vraagt om meer ruimte, omdat we ons energienet moeten verbeteren. Onder de grond is ruimte nodig voor nieuwe leidingen en er komen meer transformatorhuisjes en schakelstations in het straatbeeld. Zo zorgen we ervoor dat we alle energie die we opwekken ook kwijt kunnen en dat nieuwe woningen/ bedrijven verzekerd zijn van genoeg elektriciteit. We onderzoeken de kansen om de ruimtevraag van de energietransitie te verminderen door in te zetten op warmtenetten en de opwekking van (innovatieve) duurzame gassen, zoals groengas of waterstof. We willen in het buitengebied van de Veldmaat geen energie opwekken met zonnevelden op weilanden: dit doen we alleen op de al vergunde zonneparken in Sint Isidorushoeve. We onderzoeken of woningen die in de kern Veldmaat dicht bij elkaar staan ook potentie hebben voor kleine, collectieve warmtenetten en/of geothermie (duurzame warmte). Woningen in het landelijk gebied hebben een lage bebouwingsdichtheid, hier zijn individuele oplossingen voor verduurzaming aantrekkelijker. In het omgevingsprogramma XX maken we een tijdspad waarin we inzichtelijk maken wanneer welke wijk van aardgas af kan.
Ten slotte richten we ons op energiebesparing: Alle energie die we niet verbruiken, hoeven we ook niet op te wekken. We helpen bedrijven hierbij met duidelijke informatievoorziening over de mogelijkheden om te verduurzamen. We geven als gemeente het goede voorbeeld door ons eigen vastgoed in 2035 al energieneutraal en/of aardgasvrij te maken.