Doorwerking van de omgevingsvisie

Onze omgevingsvisie legt de toekomstplannen voor 2040 van onze gemeente vast. De visie vertelt de hoofdlijnen van het beleid en de ontwikkelingen. De omgevingsvisie biedt houvast voor het koesteren van onze kernkwaliteiten en beschrijft hoe we omgaan met onze opgaven. De uitgangspunten in deze omgevingsvisie helpen ons om de balans te vinden tussen het gebruiken en beschermen van de leefomgeving.

 Omdat de omgevingsvisie een hoog schaalniveau heeft, kunnen we de kernkwaliteiten, opgaven en uitgangspunten goed met elkaar combineren. Als we de omgevingsvisie concreter gaan uitwerken kan het duidelijk worden op welke plekken het oplossen van opgaven met elkaar schuurt. Hierbij is het leidende principe dat nieuwe initiatieven en projecten niet ten koste mogen gaan van onze huidige, gemeentelijke kernkwaliteiten. Een kleine plaatselijke afname van een kernkwaliteit kan geoorloofd zijn, als we hiermee bijdragen aan een zwaarwegend en gemeenschappelijk belang. Deze afweging is in elke situatie anders en zullen we dus per geval beoordelen.

 Het ontwikkelen van onze leefomgeving gaat dus verder na deze omgevingsvisie. Het is daarom goed om te kijken hoe de omgevingsvisie straks doorwerkt in ander beleid. Hoe kan een initiatief straks tot stand komen? Wie waarborgt de kwaliteit? Hoe werken we aan onze uitgangspunten? De Omgevingswet biedt verschillende instrumenten om uitvoering aan de omgevingsvisie te geven. Voor de juiste inzet van de instrumenten is het van belang stil te staan bij de rol die we als gemeente hierin willen en kunnen vervullen, dit noemen de ‘rolverdeling’ of ‘sturingsfilosofie’.